De hemel is een Audi garage

Sinds we in het bezit zijn van een Audi A4 Cabrio weten we hoe het in de hemel is. Jawel.

Als variant op de respectabele maar volstrekt zinloze filosofische traditie van godsbewijzen, een sluitend bewijs voor het bestaan van de hemel.

Het rijden met een open dak in een zonnige heuvelachtige streek over rustige schilderachtige B-wegen is natuurlijk een bijzonder groot genoegen, maar …

eigenlijk wordt je voortdurend geplaagd door zorgen. Om te beginnen zijn er de andere zondagsrijders: slecht volk, waar je verre van moet blijven, maar op die schilderachtige B-wegen zijn ze niet te vermijden. Dan zijn er met een 20 jaar oude Audi de nodige ouderdomskwaaltjes. Om de zoveel maanden brandt er weer een nieuw waarschuwingslichtje dat je dwingt om de garage op te zoeken. En als die even niet branden, is er nog het brandstofgebruik … Ja, een 6-cylinder injectiemotor klinkt geweldig, trekt heel goed op en je kan er met gemak 160 mee rijden, maar het benzinegebruik is navenant. Tanken om de paar honderd kilometer en afrekenen met dubbele cijfers. Het ergste is de fossiele brandstofschaamte die knaagt aan je geweten. Zeker als je bij het KNMI werkt.

Nee, de ware hemel is de Audi garage. Bewijsstuk nummer 1: De showroom van Audi W. te Y.

Je kijkt hier vanaf de wachtruimte op de showroom. Alles is subliem schitterend en blinkend. Er is een leestafel, er staan goede leunstoelen, en er is prima koffie. Er zijn zelfs werkkamers met laptopaansluitingen en deuren die dicht kunnen. Je kijkt op de mooiste staaltjes (letterlijk) van menselijk vernuft: het automobile. Eeuwenlang naar gezocht maar hier gewoon te koop voor enkele luttele tienduizenden euro’s. Tegenwoordig ook elektrisch en met schuifdak. Het zijn nog net geen perpetuum mobiles. ‎

Het mooiste is: alles is hier volmaakt onder controle. Zie bewijsstuk nummer 2.

De cabrio in de transparante brandschone garage heeft, net als wij bij de tandarts, een keurig lapje over zijn mond en de technici in hun felrode overalls buigen zich met hun Engelse sleutels vol zorg over de krachtige kaken van de verbrandingsmonsters. De buiten brullende motoren zoemen binnen zachtjes en tevreden, liefdevol in bedwang gehouden door vaardige monteurs.

Het is een weldaad voor de ziel om hier te zijn: het is hier zo schoon, rustig, veilig en toch niet saai. De rode overalls begrijpen alles en kunnen alles. En ze zijn vriendelijk en bescheiden als moderne engelen.

Maar het aller-allerbeste is dat alles verklaarbaar is, en repareerbaar. De hemel is een Audi garage.

3 antwoorden op “De hemel is een Audi garage”

  1. Mooi verhaal Gijsbert! ben heel blij voor je Gijsbert dat je eindelijk de hemel hebt ontdekt. En je hebt hem niet alleen ontdekt maar je kunt er ook in dit aardse leven al gewoon ‘zijn’. Dat moet een fantastische ervaring zijn, die je dan ook als dusdanig omschrijft. Ik kom daarbij tot de gedachte dat het waarschijnlijk zo is dat de hemel voor ieder van ons iets anders betekent; wat voor de een de hemel is, is dat voor de ander overduidelijk niet. De autogarage heeft voor mij totaal andere associaties. Ik heb niets met monteurs, nog minder met auto’s en al helemaal niets met garages. Het rijden met een cabrio lijkt me vooral tochtig. En vaak te nat of te koud. Kortom: ver van wat voor mij een hemel zou kunnen zijn. Wat zou dan voor mij een hemel zijn? Dat weet ik niet zo direct. Daar moet ik nog eens goed over denken. Maar er komen in ieder geval geen auto’s of garages in voor….

  2. Dank Frank voor je reactie!
    Ik begrijp zeer goed je reserves tegenover de voorstelling van de hemel als autogarage. Tot voor een jaar zou ik zelf ook eerder bijvoorbeeld een Borges-achtige bibliotheek met alle kennis en wijsheid van de wereld als voorstelling van de hemel hebben verkozen.
    Misschien heeft je reactie iets te maken met de afkeer van dichters voor auto’s. Veel dichters rijden niet, zo is bevestigd in een statistisch representatief onderzoek onder 50 Nederlandse dichters.
    Zie: https://www.vanoorschot.nl/dbnl/jeroen-van-kandichters-rijden-niet/

    Ook ik (als deeltijddichter) heb slechts met grote moeite mijn rijbewijs weten te behalen, en nog steeds zou ik liever niet bij mezelf in de auto zitten (helaas heb ik daarin weinig keus als ik alleen op pad wil).
    Afgezien van de voorkeur voor auto’s en autorijden, is een garage wel een heel treffend beeld voor volkomen maakbaarheid en menselijke controle, vind ik. Geen ziekte of ouderdomskwaal is onoplosbaar. Geen enkel falen onverklaarbaar. En bovendien perfecte lees- en schrijfcondities. Zalig toch?!
    Maar ik ben zeer benieuwd naar jouw voorstelling van de hemel …

    Sjalom
    Gijsbert

  3. Beste Gijsbert,

    Hoe tragisch dat de hemel slechts haalbaar is voor ruimschoots bovenmodaal verdienenden. Is het wellicht mogelijk om een (enigszins gedowngrade) ANWB-filiaal van de hemel te openen bij een fijne dealer van e-bikes?
    Het vagevuur zouden we dan kunnen situeren bij de Kwikfit, waar altijd weer net iets meer onderdelen kapot of versleten blijken dan je eerst dacht – het ruikt daar bovendien al aardig naar de smeeroliën en vetten die de hellevuren aan de gang houden. De hel, tot slot, is waarschijnlijk voor iedereen weer anders – voor de een is het eenvoudig de KIA-dealer, voor de ander… tja, iedereen schept zijn eigen hel.
    Luister een volgende keer als je weer ‘s Heeren wegen berijdt in de cabrio naar: https://open.spotify.com/track/7e2ExzCUgjOntmlZCTDSWk?si=1501f9c3a90c416a
    Het paradijselijke is daarin zonder meer terug te vinden!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *